Categorische indeling tenlastelegging bij kinderporno leidt niet tot nietigheid dagvaarding

De rechtbank Oost-Brabant heeft in haar uitspraak van 5 juni 2015, ECLI:NL:RBOBR:2015:3228 bepaalt dat de door de Hoge Raad voorgeschreven wijze van het ten laste leggen van kinderporno niet verplicht is. Een officier van justitie mag hier helaas van afwijken en de kinderpornografische afbeeldingen ook categorisch ten laste leggen.

 

Afbeelding seksuele gedraging is onvoldoende omschrijving

De rechtbank overweegt eerst in het algemeen dat aan de term “afbeelding van een seksuele gedraging”, in de zin van artikel 240b eerste lid van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr),  op zichzelf onvoldoende feitelijke betekenis toekomt. Zonder feitelijke omschrijving van die afbeelding in de tenlastelegging voldoet de dagvaarding niet aan de in artikel 261, eerste lid, Sv gestelde eis van opgave van het feit.

Tenlastelegging kinderporno vlg HR niet verplicht

De rechtbank vervolgt dat dat in zijn arrest van 24 juni 2014, gepubliceerd onder ECLI:NL:HR:2014:1497,  de Hoge Raad een aantal redenen heeft gegeven waarom het de voorkeur verdient dat de steller van een tenlastelegging het bezit van een grote hoeveelheid kinderpornografisch materiaal ten laste legt op de wijze zoals de Hoge Raad dat in zijn arrest heeft uiteengezet. Van een verplichting om een tenlastelegging op die wijze vorm te geven, blijkt echter niet uit dat arrest. In ieder geval kan uit dat arrest niet geconcludeerd worden dat een andere wijze van tenlasteleggen van grootschalige kinderporno nimmer aan de eisen van art. 261 Sv kan voldoen. Voor zover de verdediging dit heeft willen betogen, faalt het verweer.

Dagvaarding is niet nietig

De rechtbank ziet zich vervolgens voor de vraag geplaatst of aan de tenlastelegging [parketnummer 01/879299-14, feit 2] voldoende feitelijke betekenis toekomt in de zin van artikel 261 Sv. De steller van de tenlastelegging heeft onder A en B van feit 2 de seksuele gedragingen (als bedoeld in art. 240b Sr) die zouden voorkomen op het aangetroffen materiaal nader omschreven. De seksuele gedragingen zijn daarbij in categorieën onderverdeeld en per categorie is een nadere feitelijke omschrijving van de seksuele gedraging weergegeven, waarbij telkens als toelichting aan het eind van deze omschrijving wordt verwezen naar één of meer bestandsnamen van afbeeldingen uit de collectie, met daarbij genoemd het bronproces-verbaal waarin die afbeeldingen worden beschreven. Bovendien zijn de specifieke gegevensdragers waarop zich de in de tenlastelegging genoemde afbeeldingen zouden bevinden in de tenlastelegging opgenomen. Een en ander is op eenvoudige wijze in het procesdossier terug te vinden. Ook is de rechtbank van oordeel dat de in de tenlastelegging beschreven afbeeldingen een representatieve selectie vormen van alle bij verdachte aangetroffen afbeeldingen, die tevens zijn beschreven in het procesdossier. Uit de tenlastelegging en de beschreven selectie van afbeeldingen blijkt derhalve welk verwijt verdachte wordt gemaakt en waartegen hij zich heeft te verdedigen.

Overigens is de rechtbank uit het onderzoek ter terechtzitting niet gebleken dat verdachte en zijn raadsman niet hebben begrepen wat verdachte wordt verweten.

< Terug naar Meer informatie kinderporno
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden