Tenlastelegging grooming: seksuele handelingen is onvoldoende feitelijk

De tenlastelegging van grooming kan soms problemen opleveren wanneer bestanddelen niet nader zijn omschrijven. In de uitspraak van de rechtbank Gelderland, 5 november 2015, ECLI:NL:RBGEL:2015:628 zien we een voorbeeld van een onjuiste tenlastelegging van grooming.

Rechtbank:
“Uit vaste jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat het begrip “ontuchtige handelingen” onvoldoende feitelijk is in de zin van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering en dat er in de tenlastelegging een nadere omschrijving moet worden gegeven van de feitelijke gedragingen. Naar het oordeel van de rechtbank geldt dit ook voor het begrip “seksuele handelingen”. Aangezien in het onder 2 tenlastegelegde feit van deze beide begrippen een nadere feitelijke omschrijving ontbreekt, is de rechtbank van oordeel dat de dagvaarding ten aanzien van feit 2 onvoldoende feitelijk is en zal de rechtbank de dagvaarding ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde feit nietig verklaren.”

 

< Terug naar Meer informatie Grooming
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden