VOG bij zedendelict
Wanneer u bent veroordeeld voor een zedendelict, kan dat later ook gevolgen hebben voor het verkrijgen van een VOG. Voor zedendelicten geldt een onbeperkte terugkijktermijn, zodat deze feiten de rest van uw leven ertoe kunnen leiden dat een VOG wordt afgewezen.
> Meer informatie VOG bij zedendelict
Bijzondere overweging rechter ivm VOG
Met name voor jongeren die in hun kinderjaren een zedendelict, kan een veroordeling leiden tot ingrijpende en onevenredige gevolgen voor de VOG. Voor advocaten in zedenzaken bestaat dan de mogelijkheid om de rechter te vragen om een bijzondere overweging in de uitspraak op te nemen inhoudende een advies aan het COVOG.
In enkele uitspraken is dat nu al gedaan:
- Gerechtshof ‘s-Gravenhage, 21 juni 2011, LJN: BQ8697:
Het hof spreekt zich uit over de onwenselijkheid van het weigeren van een Verklaring Omtrent het Gedrag in verband met een veroordeling wegens een zedendelict op zeer jeugdige leeftijd gepleegd in het geval de verdachte later een VOG aanvraagt. - Rechtbank Den Haag, 18 december 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:15974:
Schuldig verklaring zonder oplegging straf/maatregel (9a) voor plegen van ontuchtige handeling met 6-jarig halfzusje. Extra overweging t.a.v. verklaring omtrent gedrag (VOG) - Rechtbank Den Haag, 11 april 2012, LJN:BW3604
OvJ niet ontvankelijk m.b.t. de mensenhandel nu zij ondanks een opdracht van de rechtbank daartoe geen getuigen heeft doen horen door de rechter-commissaris en voorts heeft nagelaten de rechtbank een dossier over dit feit te verstrekken. M.b.t. de kinderporno overweegt de rechtbank dat verdachte over een periode van ruim anderhalf jaar vier films van naar de letter van de wet kinderpornografische aard, in zijn bezit heeft gehad. Het gaat om films die door zijn broer zijn gemaakt en waarop is te zien dat meisjes die jonger dan 18 jaar zijn, (vrijwillig) seksuele handelingen verrichten met onder meer verdachtes broer. Te bewijzen is slechts dat verdachte een deel van deze films één keer kort heeft bekeken en daarna verzuimd heeft deze films van zijn computer te halen. Bij het bepalen van de strafmaat laat de rechtbank meewegen dat verdachte nimmer wegens enig ander feit met politie of justitie in aanraking is geweest. Voorts is sprake van een overschrijding van de redelijke termijn met meer dan zes maanden en had verdachte gedurende lange tijd tevens een vervolging wegens mensenhandel boven zijn hoofd hangen. Verdachte studeert inmiddels rechten. Dat de onderhavige zaak – inclusief de verdenking van mensenhandel – op zijn strafblad komt te staan, treft hem derhalve al zwaar. Het is immers niet uitgesloten dat dit verdachte na zijn studie zal beperken in zijn beroepskeuze. Ook hiermee houdt de rechtbank rekening bij het bepalen van de strafmaat. Dit alles overwegend is de rechtbank van oordeel dat toepassing dient te worden gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht. Naar het oordeel van de rechtbank zou de onderhavige schuldigverklaring in de kinderpornozaak en de vermelding van de mensenhandelzaak, geen reden mogen zijn om de afgifte van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) te weigeren aan verdachte.